Beleidsmatige ontwikkelingen

Herwaardering onroerend goed (WOZ/OZB)
Het Haagse onroerend goed wordt jaarlijks gewaardeerd. De waardepeildatum ligt één jaar voor het kalenderjaar waarop de waarde betrekking heeft. Dit betekent dat voor de WOZ-waarde 2016 is uitgegaan van het waardeniveau op 1 januari 2015. De waarde van woningen tussen de peildata
1 januari 2014 en 1 januari 2015 is gemiddeld (over de gehele stad genomen) gestegen. De waardestijging woningen bedraagt 1,5%.De waarde van de niet-woningen is in die periode gemiddeld 2% gedaald. Deze waardeontwikkelingen worden budgettair neutraal in de OZB-tarieven verwerkt. De marktwaardeverandering van de stad is daarom niet van invloed op de totale OZB- opbrengst of op de gemiddelde OZB-aanslag voor een woning of een niet-woning. De totale OZB-opbrengst voor de gemeente neemt alleen toe als het aantal objecten waarover betaald wordt, toeneemt en/of de kwaliteit van de objecten verbetert.

WOZ: openbaarheid WOZ-waarde woningen
De WOZ-waarde van woningen is sinds 1 oktober 2016 een openbaar gegeven. De WOZ-waarden kunnen worden opgevraagd bij één centraal punt, het online WOZ-waardeloket. Door de openbaarheid van de WOZ-waarden van woningen kan iedereen de WOZ-waarde van zijn huis vergelijken met de waarde van andere woningen. Een transparante WOZ-waarde moet op deze wijze bijdragen aan de acceptatie van de WOZ-waarde door burgers en de kwaliteit van die WOZ-waarde verbeteren.
Eind 2016 is circa 50% van de gemeenten, waaronder ook Den Haag, aangesloten op de Landelijke Voorziening WOZ, waaronder het door iedereen raadpleegbaar WOZ-waardeloket.

Compensatie OZB voor amateursportverenigingen
Om de financiële armslag van amateursportverenigingen te vergroten en zo de toegankelijkheid van sport te stimuleren, worden sinds 2011 de OZB-lasten van Haagse amateursportverenigingen gecompenseerd. In 2016 zijn 80 verenigingen voor de OZB-lasten gecompenseerd voor een totaal bedrag van € 0,16 mln (begroot bedrag € 0,175 mln.).

Compensatie OZB voor startende ondernemers
De OZB-compensatie voor startende ondernemers stimuleert het ondernemerschap in de stad, en daarmee de lokale economie. In 2016 zijn ruim 600 ondernemers voor de OZB gecompenseerd. In totaal is in dat jaar voor € 0,38 mln. gecompenseerd (begroot bedrag € 0,45 mln.).

Bedrijveninvesteringszones
Een bedrijveninvesteringszone (BIZ) is een afgebakend gebied (zoals een winkelstraat) waar ondernemers samen investeren in de kwaliteit van hun bedrijfsomgeving. De gemeente stelt daarvoor een heffing in die alle ondernemers in de BIZ moeten betalen. Met 21 BIZ-gebieden in 2016, die gezamenlijk € 5 miljoen investeren voor een periode van vijf jaar, is de BIZ in Den Haag een succes gebleken.
De gemeente Den Haag stimuleert de invoering van de BIZ omdat dit een belangrijk instrument is om de aantrekkingskracht van winkelgebieden en bedrijventerreinen en het ondernemersklimaat in de stad als geheel te verbeteren. Uitgangspunt blijft dat een BIZ een instrument van, voor en door ondernemers (en/of eigenaren) is. Het Haags Retailpunt wordt ingezet om BIZ-initiatieven te ondersteunen. Tevens worden kwartiermakers beschikbaar gesteld voor kansrijke winkelgebieden die een BIZ willen starten.


Precariobelasting netwerken nutsbedrijven
Minister Plasterk heeft in juni 2016 het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend dat regelt dat gemeenten geen precariobelasting meer kunnen heffen van nutsbedrijven over netwerken die ze in, op of boven gemeentegrond exploiteren. Op 21 februari 2017 heeft de tweede kamer ingestemd met dit voorstel. Het kabinet had bij het indienen van zijn wetsvoorstel gekozen voor een overgangstermijn tot 1 januari 2027 zodat gemeenten de effecten kunnen opvangen van inkomstenderving vanwege het afschaffen van deze vorm van precariobelasting. Op initiatief van de Tweede Kamer is de overgangstermijn gehalveerd tot 1 januari 2022. Onder de overgangsregeling kan de gemeente maximaal heffen naar het tarief zoals dat gold op 10 februari 2016.

Uitbreiding gemeentelijk belastinggebied
In de Kamerbrief van 24 juni 2016 schetsen de verantwoordelijke bewindslieden Plasterk en Wiebes de bouwstenen voor een uitbreiding van het gemeentelijk belastingdomein. De brief bevat een nadere uitwerking van de eerder geschetste lijnen in het rapport Rinnooy Kan: verlaging van de rijksbelasting op arbeid, gefinancierd door verlaging van het gemeentefonds gekoppeld aan het invoeren door gemeenten van de OZB-gebruikersbelasting woningen en een ingezetenenbelasting (omvang circa € 4 miljard). Besluitvorming over de hervorming van het gemeentelijk belastinggebied zal worden genomen in de nieuwe kabinetsperiode.